Investeren in praktijkgericht onderzoek aan hogescholen is investeren in de aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt. Daarmee wordt kennis verworven die direct kan worden omgezet in nieuwe producten en oplossingen. Zo versterkt het de economische veerkracht van Nederland en betaalt praktijkgericht onderzoek zichzelf terug. Maar de huidige onderzoeksbekostiging van het hbo schiet tekort. Er is structureel 120 tot 270 miljoen euro per jaar extra nodig. Dat concludeert PwC Strategy& in een vandaag gepubliceerd rapport over de toereikendheid van het macrobudget in het mbo, hbo en wo. Maurice Limmen, voorzitter van de Vereniging Hogescholen: “Het is onze ambitie dat iedere hbo-student tijdens de studie met onderzoek in aanraking komt. Dit rapport bevestigt dat daarvoor extra investeringen nodig zijn.”
Onderzoeksbekostiging hbo
Praktijkgericht onderzoek is de schakel tussen het fundamenteel onderzoek en de samenleving. Een katalysator waarmee het hbo ervoor zorgt dat het onderwijs goed blijft aansluiten op de snel veranderende arbeidsmarkt en waarmee kennis kan worden omgezet in nieuwe producten en oplossingen. Het rapport onderbouwt dat de groei van het praktijkgericht onderzoek niet gepaard is gegaan met een evenredige groei in de onderzoeksbekostiging van het hbo. PwC Strategy& concludeert dat hogescholen daardoor structureel 65 miljoen euro per jaar van hun onderwijsbudget moeten inzetten voor onderzoek. PwC Strategy& constateert daarnaast dat het macrobudget niet toereikend is voor de ambities op het gebied van praktijkgericht onderzoek aan hogescholen; daarvoor is structureel 120 tot 270 miljoen euro per jaar extra nodig. Limmen: “Met deze extra middelen kunnen hogescholen hun onderzoeksgroepen en Centres of Expertise uitbreiden en werken aan de verdere ontwikkeling van een professional doctorate.”
Extra investeren in emancipatiefunctie hbo
Het hbo heeft vanouds een hele diverse studenteninstroom en daarmee heeft het hbo tot op de dag van vandaag een grote emancipatoire functie. Studenten komen uit het mbo, van de havo en het vwo. Het zijn relatief vaak eerste-generatie studenten. De diversiteit qua instroom betekent dat er, meer dan in de andere onderwijssectoren, sprake is van het overstappen van de ene opleiding naar de andere en helaas ook uitval. PwC Strategy& becijfert dat een extra investering van 65 tot 130 miljoen euro per jaar een goede stap zou zijn om de uitvalcijfers in het hbo verder te verlagen. Limmen: “Met extra middelen kunnen hogescholen het studentsucces van studenten verder vergroten en ervoor zorgen dat meer studenten met een diploma de arbeidsmarkt betreden.”